donderdag 22 september 2011

Dag 21 - Isle of Wight

Na een warm ontbijt verlaten we Norfolk om een tripje te doen door de County Isle of Wight. Dit is een van de eerste plaatsen waar de Britten 400 jaar geleden vaste nederzettingen oprichtten. Het museum in het stadje Springfield heeft een kruidenierswinkel ingericht anno 1900 met alles erop en eraan. Het was de plaats waar de mensen niet alleen hun inkopen deden maar ook hun post kwamen afhalen en bestellingen plaatsten uit de Sears cataloog (vergelijkbaar met 3 Suisses). De cataloog die er lag dateerde van 1902.

Grootste en oudste 'Springfield Ham'

De streek is vooral gekend vanwege hun ham. Zij hebben zelfs een beschermde benaming waardoor ‘Springfield ham’ enkel gebruikt mag worden voor ham die afkomstig is van varkens gekweekt met apennootjes en verwerkt in een fabriek te Springfield. Wanneer je in de stad rondloopt, riek je de doordringende geur van ham. Het museum heeft de grootste ham (57 pond) komende van een varken waarvan de billen 97 pond elk wogen en ook het oudste, bewaarde exemplaar (1902).

Ferry Scotland - Jamestown

Voor de afwisseling kozen we niet om via de brug naar de overkant van de James River te rijden, maar de overzet te nemen. Deze gratis dienst bracht ons van Scotland naar Jamestown. Tijdens de 20 minuten durende vaart, konden wij genieten van de laatste zonneschijn. In de verte zagen we al de donkere wolken die volgens de voorspellingen veel regen zouden bevatten voor de komende dagen.
Na een maaltijd à la grootmoeder bij Cracker Barrel, gevolgd door de obligatoire kerstmisaankopen, kwamen we aan te Fort Eustis. De thuisbasis van de school voor transporteenheden met hun eigen museum. Ook hier werden we weer als rariteiten bekeken toen wij onze identiteitkaart toonden. Om één of andere duistere reden, kunnen de veiligheidsagenten aan de Amerikaanse kazernes niet weg met onze legitimatiebewijzen. Het enigste dat afdoende helpt is je militaire pas tonen. Ze worden dan vriendelijk en zelfs overijverig.


US Army Transportation Museum

Het transportmuseum is een aaneenschakeling van diorama’s die de geschiedenis en de belangrijkheid van het transport voor de krijgsmacht etaleert. Naast veel informatie krijg je ook persoonlijke getuigenissen aan de hand van foto’s, dagboeken, geluidscassettes en videobanden.

Tijdens deze rondrit konden wij op veel plaatsen met onze eigen ogen zien hoeveel schade orkaan Irene heeft aangericht. De omgewaaide bomen hinderen het verkeer niet meer, maar zijn nog niet weggehaald en de grond is duidelijk zichtbaar verzadigd. De regen die ze voor de volgende dagen aankondigen, zal op verschillende plaatsen nog problemen veroorzaken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten